Handen vouwen, ogen dicht…
Elk jaar is het op de tweede woensdag van maart biddag voor gewas en arbeid. Dit jaar is dat op 10 maart. Dan is er ’s avonds een kerkdienst waarin we zullen bidden om Gods zegen over het werk van onze handen en de opbrengsten van het land. Vorig jaar was het op biddag trouwens de laatste keer vóór corona dat we in de kerk zaten. Dat wil zeggen: voordat er maatregelen kwamen en de kerk een tijd dicht ging. We zaten niet op anderhalve meter afstand, maar zonder erover na te denken gewoon naast elkaar. We hopen en bidden dat het over een tijd(je) weer zo zal zijn!
Bidden… In de kerk hoort het er vanzelfsprekend bij. Voor mensen persoonlijk ligt dat soms anders. Is bidden voor u/jou makkelijk of moeilijk? Soms lijkt het of je bidden kunt ‘verleren’. Je bidt een tijdje niet of minder en het lijkt steeds moeilijker om er weer aan te beginnen. Alsof het al snel verder van je af komt te staan. Ook kan je teleurgesteld zijn in gebed. Helpt het eigenlijk wel? Ik heb zo lang gebeden en hij/zij werd niet beter. Maar het kan ook lastig zijn om je te concentreren, dan blijven je gedachten maar afdwalen of val je in slaap.
Veel mensen hebben als kind leren bidden. Voor en na het eten, voor het slapen gaan. Met een vast gebed of een liedje, of misschien in eigen woorden. En waarschijnlijk leerden we allemaal: handen vouwen, ogen dicht. Waar komt dat eigenlijk vandaan?
In de bijbel wordt soms ook iets gezegd over de lichaamshouding wanneer mensen bidden. Daniël bijvoorbeeld knielt neer in de richting Jeruzalem. Mozes staat rechtop met opgeheven handen, en ook koning Salomo richt zijn handen omhoog. Maar wanneer Salomo een andere keer God smeekt, ligt hij geknield op de grond. Ezra werpt zich neer op de grond als hij bidt en schuld belijdt. Bij dankbaarheid, lofprijzing is de houding dus vaak staand en de handen en ogen op God gericht. Bij verdriet, spijt is de houding vaak gebogen en soms liggend op de grond.
Gevouwen handen worden niet genoemd in de bijbel. Waar het vandaan komt is niet helemaal bekend. Er is wel een theorie. Toen christenen in tijden van vervolging gevangen zaten, baden ze met geboeide handen tot God. Een ander verhaal is dat mensen hun gevouwen handen legden in de handen van hun meerdere, als teken van onderwerping. Waar het ook precies vandaan komt, het gebaar wordt geassocieerd met overgave.
Contact hebben met God is natuurlijk niet afhankelijk van een bepaalde houding. Toch licht elke houding wel een ander aspect op van bidden. Vrolijke dankbaarheid, lofprijzend bidden, eerbied, een vraag om vergeving.
En die gevouwen handen laten ook wel een mooi en veelzeggend aspect van bidden zien: overgave. Misschien hoeft er niet zoveel in een gebed. Is het in de eerste plaats gewoon: overgave. Hier ben ik. Met heel mijn leven, zorgen, gedachten, gevoelens, dankbaarheid, blijdschap, verdriet, pijn. Of het gebed nu kort of lang is. Mooi verwoord, wat gestamel of vooral stilte. Misschien is alleen je houding al een gebed op zich: God, hier ben ik. Maak je geen zorgen over wat je moet zeggen. Al is het alleen: amen! En dan toch voelen dat je er niet alleen voor staat.
Wanneer ik zoek te zeggen
al wat er in mij leeft
Maar zich niet uit laat leggen
en zich niet open geeft,
Dan ben ik al gevonden
voordat ik u niet vind;
Dan bidt met duizend monden
de Geest, vol vuur en wind.
(lied 894 vers 3 – Wanneer ik zoek naar woorden)
Goede biddag gewenst!
Pastor Laurien Hoogerwerf
Geplaatst: 17 februari 2021