Afkomst en geloof
Als je, zoals ondergetekende, dagelijks het journaal kijkt, word je tegenwoordig getroffen door indringende beelden. De journalisten staan er bovenop, met alle gevaren van dien. De klimaat- en migratieproblemen vallen, hoewel ze niet mis zijn, in het niet vergeleken met de problemen in de oorlogsgebieden. Wat nog het meest aangrijpend is, zijn de beelden van gewonde of gestorven kinderen. Wat voor een toekomst hebben kinderen in gebieden als Soedan, Gaza of in sommige gebieden van Oekraïne? Waarom wordt een kind daar geboren met zo weinig toekomstperspectief en niet hier in het veilige Nederland? Waarom werd ik hier geboren en niet daar? Zit hier een bedoeling achter?
Allemaal vragen die niet zo gemakkelijk beantwoord kunnen worden (of überhaupt misschien helemaal niet beantwoord kunnen worden…). Maar ik worstel er wel mee. Zo ook met de aanhef van deze Brief van de Maand. Heeft onze afkomst met ons geloof te maken? Stel dat onze wieg in Indonesië stond (moslim percentage 87%), zouden wij dan nu naar de moskee gaan i.p.v. naar de kerk?
Mijn geloof is in ieder geval sterk beïnvloed door mijn afkomst. Mijn grootouders en ouders waren overtuigde christenen en hebben er alles aan gedaan om dit over te brengen. Mijn grootvader, van vaders kant, waar ik naar vernoemd ben, woonde in Den Ilp en was een aardige man met veel humor waar ik graag logeerde toen ik klein was. Hij had daar een boerderijtje waar het goed toeven was. Als kind praatte je niet over vroeger maar genoot je van het moment. Toen ik jaren later wat stamboomonderzoek deed, kwam ik erachter dat hij zijn moeder op éénjarige leeftijd verloor en zijn vader, die weer hertrouwd was, op negenjarige leeftijd. Hij groeide op met zijn twee jaar ouder broertje met een “nieuwe moeder en nieuwe vader” in armelijke omstandigheden. Maar daar praatte hij nooit over, hij keek alleen maar vooruit! Toch denk ik dan dat zulke ervaringen en zware leefomstandigheden ook invloed hebben op je geloof. Die mensen waren sterk afhankelijk van bijvoorbeeld het weer. Slechte oogst betekende honger en weinig inkomsten. Dan wil je wel op je knieën om Gods hulp te vragen!
Zouden de, vergeleken met vroeger, sterk verbeterde omstandigheden van nu ons soms beïnvloeden? Bewust of onbewust? Denken wij er nog aan dat het weer oogsten kan vernietigen of dat er andere rampen kunnen gebeuren? Zijn wij wel dankbaar genoeg met alles wat we nu hebben? Gaan wij nog op onze knieën?
De coronatijd ligt al weer een poosje achter ons. Een tijd waarvan veel mensen dachten dat dit een wake-up call was. Hierdoor zouden veel mensen wel veranderen dachten wij. Ik ben bang dat velen deze tijd alweer diep weggestopt hebben.
Geen leuk stukje merk ik, maar ik wil mezelf er graag toe aanzetten om elke dag God te danken voor alles wat wij ontvangen en Hem te vragen om vrede in de wereld. Ook ben ik dankbaar dat ik zulke fijne grootouders en ouders heb gekregen die mij zijn voorgegaan en door hun manier van leven het goede voorbeeld hebben gegeven.
Rien van Zanten
Geplaatst 3 mei 2024